Doorliggen bij dementie (decubitus)

Een doorligplek is een pijnlijke plek op de huid. Die ontstaat wanneer je lange tijd in dezelfde houding ligt of zit. Op de plek waar de huid het matras of de stoel raakt, krijg je eerst een rode plek. We noemen dat een doorligplek of een drukplek. Doe je er niets aan, dan wordt het een pijnlijke wond. Een doorligwond. Hoe voorkom je dit?

Wat is een doorligplek?

Doorliggen heet ook wel decubitus. Het komt voor bij mensen in de latere fase van dementie. Een doorligplek ontstaat op de plek waar je lichaam steunt op de ondergrond. Dat kan een matras zijn, maar ook een (rol)stoel. Het gebeurt als er lange tijd te weinig bloed naar dat deel van het lichaam stroomt. Je ziet eerst een blauwe of rode plek. Doe je niets, dan sterft de huid af en krijg je een pijnlijke wond.

Liggend in bed kun je doorligplekken krijgen bij de billen, hielen, enkels, schouders en heupen. Zittend ontstaan ze vaak op de zitbotjes en het stuitje. Doorligplekken kunnen op ieder lichaamsdeel ontstaan.

Oorzaken doorligplekken

Door dementie beweeg je soms minder. Dat komt door de schade in de hersenen. Als je gezond bent, denk je er niet eens over na: je draait je af en toe om in bed. Of je gaat anders in je stoel zitten. Heb je dementie, dan krijgen je hersenen dat seintje niet meer. Dan zit of lig je lang in dezelfde houding, zonder dat je het beseft. Helemaal als je ook een andere ziekte of aandoening hebt waardoor je minder kunt bewegen.

Hoe herken je doorligplekken?

Zorg je voor iemand met dementie die veel in dezelfde houding zit of ligt? Dan is het belangrijk dat je de huid regelmatig controleert. Een beginnende doorligplek is een rode vlek die niet verdwijnt. Ook niet na een paar uur.

Let ook op of de huid dikker wordt. Het kan lijken alsof er een grote blaar ontstaat. Kijk goed of de huid dikker wordt op een bepaalde plek. Een doorligplek voelt warm aan. Het lijkt of er iets hards onder de plek zit.

Doorligplekken zijn pijnlijk. Mensen in een latere fase van dementie kunnen vaak niet duidelijk maken dat ze pijn hebben. Denk je dat iemand doorligplekken heeft? Waarschuw altijd de huisarts of thuiszorg. Wacht het niet af. Hoe eerder je hulp krijgt, hoe beter.

Hoe voorkom je doorligplekken en doorligwonden?

Een doorligplek geneest langzaam. Een doorligwond nog langzamer. Hoe eerder je iets doet, hoe beter. Denk aan de volgende stappen:

  • Zorg dat de huid niet de hele tijd ergens tegenaan wrijft. Haal voorwerpen uit de zakken. En voel of er harde, schurende delen in kleding zitten. Knip die eruit of doe het kledingstuk weg.
  • Bewegen is het belangrijkste. Help de ander om zoveel mogelijk te bewegen. Dat kan ook vanuit een stoel. Lees ook eens het artikel Tips om in beweging te blijven met dementie.
  • Gezond eten en genoeg drinken is altijd goed. Het helpt ook bij het voorkomen van doorligplekken.
  • De huid moet droog en schoon zijn. Wrijf niet, maar dep als je de huid afdroogt.
  • Let hier ook op bij incontinentie. Verschoon de ander op tijd.
  • Warmte en zweten vergroten de kans op doorligplekken. Zorg voor koelte.
  • Er bestaan speciale matrassen, kussens en andere hulpmiddelen tegen doorliggen. Overleg met je huisarts of verpleegkundige.
  • Gebruik GEEN kussens met een uitsparing, bijvoorbeeld in de vorm van een ring of een ‘U’. Dit soort kussens kan zorgen voor doorligplekken op andere lichaamsdelen.

Denk ook eens aan ergotherapie. Een ergotherapeut kan meedenken over manieren om doorligplekken te voorkomen. Je kunt de huisarts vragen om een doorverwijzing.

Doorligplekken in bed voorkomen:

  • Je kunt de ander af en toe helpen omdraaien. Maar wees voorzichtig. Vraag altijd eerst advies aan een arts of de thuiszorgmedewerker. Die kan je leren om de ander om te draaien.
  • Als het ook maar een beetje kan: moedig de ander aan om te bewegen. Eventjes uit bed als het lukt, of anders lichaamsdelen bewegen.
  • Zorg dat het hoeslaken goed strak om het matras zit. Plooien en kreukels geven extra druk en verhogen de kans op doorliggen.
  • Laat de dekens los hangen (niet instoppen).

Doorligplekken in de stoel voorkomen:

  • Moedig de ander aan om anders te gaan zitten.
  • Als het lukt: ga samen een stukje lopen. Al is het maar in de kamer zelf.
  • Let ook in de stoel op kreukels en plooien in de kleding.

Hoe behandel je doorligplekken en doorligwonden?

  • Bel de huisarts. Misschien moet de wond ontsmet worden.
  • Vraag advies aan een ergotherapeut.
  • Ga NIET wrijven over de plek. Ook niet masseren. Dat kan de schade groter maken.
  • Alles wat je doet om doorligplekken te voorkomen, helpt ook bij het genezen van bestaande doorligplekken.

Vragen? Wij zijn er voor je.

Heb jij een vraag over behandeling of ziekteverloop? Arts Hein en andere experts staan voor je klaar om je vragen per mail te beantwoorden.

Portret van arts Hein Wouters

Hein, Arts